Kerst in Cornwall Cottage

Kerst in Cornwall Cottage

Kerst in de Lift spin-off verhaal

Charlotte viert dit jaar geen spetterende kerst in Londen of Rome, maar in haar moeders kleine cottage in het afgelegen Cornwall. Ze wordt verrast door de rust, het strand en een ontmoeting met een chagrijnige, knappe onbekende.

‘Stoelriemen vast, we maken ons klaar voor de landing.’
Charlotte kijkt op van het artikel over de nieuwste voorjaarstrends in het tijdschrift op haar schoot, uit het vliegtuigraam ziet ze onder de wolken de blauwe zee en groene kustlijn verschijnen. Haar buurman maakt een snurkend geluid en ze lacht in zichzelf, blij dat zijn hoofd naar achteren is gevallen in plaats van op haar schouder – niet dat ze daar anders een probleem van had gemaakt.
Na het pijnlijk trage proces van uitstappen blijft ze bovenaan de passagierstrap staan. Het lijkt wel alsof ze vanuit het vliegtuig een ander universum betreedt. Het vliegveld van Londen, waar ze twee uurtjes geleden overstapte op dit kleine vliegtuigje, was op de dag voor kerst wervelend van energie en opwinding. Dit vliegveld ziet er verlaten uit, er sjokt een man rondom het vliegtuig die begint met het uitladen van de koffers en door de ramen van het kleine gebouw ziet ze een enkele bagageband en een loket. Ze snuift de tintelfrisse, ziltige lucht op, totdat de knieën van de vrouw achter haar tegen haar bovenbenen botsen en ze de trap af wordt geduwd. Glimlachend kijkt ze achterom, een verontschuldiging mompelend voor haar getreuzel. Ze voelt de interne weerstand tegen de komende dagen opkomen, als een verzwaarde deken om haar schouders, ook al heeft ze zich erbij neergelegd dat ze hier haar kerst gaat doorbrengen. Niet in Rome – waar ze tegenwoordig werkt – of Londen – waar ze is opgegroeid – niet in een bruisende stad waar ze mensen kent, uitnodigingen voor feestjes krijgt en bekend is. Nee, zij is onderweg naar een klein dorpje in Cornwall, de olifantenslurf in het zuidwesten van Engeland en een uithoek van de aarde, omdat haar moeder daar zo nodig naar terug moest verhuizen na de scheiding met haar vader, nu twee jaar geleden. Aangezien haar vader na diezelfde scheiding zijn Italiaanse charmes volledig omarmd heeft en met zijn twintig jaar jongere vriendin de kerstdagen spendeert, voelt Charlotte zich verplicht haar moeder op te zoeken. Ze is niet meer bij haar langs geweest sinds haar verhuizing een paar maanden geleden.
In de aankomsthal gaat ze op zoek naar een bekend gezicht in het hoopje mensen dat staat te wachten.
|‘Jeetje, wat heb je allemaal bij je?’ Haar zus Olivia geeft haar een warme omhelzing en knikt naar de koffer naast haar voeten. Haar korte, donkere haren schommelen over de gebreide sjaal om haar nek.
Charlotte haalt haar schouders op. ‘Truien, spijkerbroeken, gymschoenen…’ Zo anders dan de garderobe die ze dagelijks draagt naar Fiore, het reclamebureau waar ze werkt als styliste en visagiste. Ze rilt wanneer een koude windvlaag onder haar leren jack kruipt en haar blouse doet opbollen.
‘En hopelijk een dikkere jas?’ Olivia grinnikt en gaat haar voor naar de kleine jeep.
‘Nou, die heb ik niet. Ik ben vanuit de kerstborrel op werk hiernaartoe gekomen.’
Olivia trekt haar kleine dopneusje omhoog waardoor er rimpels rondom ontstaan. ‘Natuurlijk.’
‘Wat? Ik ben er toch?’ Charlotte hoort haar vijandige toon, die de moederlijke houding van haar grote zus bij haar oproept. Ze ademt diep in en uit om zichzelf te herpakken – het is tenslotte kerst en het zijn maar een paar dagen – gaat op de passagiersstoel zitten en slaat het portier dicht.

‘Hier is het.’
Charlotte kijkt op van haar telefoon en ziet de witte cottage met lichtblauwe kozijnen verschijnen – die ze kent van haar moeders trotse berichtjes – afgetekend tegen een lappendeken van verschillende tinten groen, blauw en bruin. De hoge bomen naast de cottage buigen in de wind en verderop klinken golven die breken tegen grote rotspartijen. 
Haar moeder stormt naar buiten, op de voet gevolgd door de hond. ‘Je bent er!’
Charlotte stort zich in haar open armen en inhaleert haar moeders bekende parfum, vermengd met de geuren van kruidnagel en kaneel. ‘Hi, mam.’ Vervolgens laat ze zich op haar knieën vallen en knuffelt de bruine labrador Billy, de trouwste vriend van haar kindertijd, die blij een natte kus op haar wang zet. ‘Niet doen,’ giechelt ze.
‘Kom snel naar binnen.’ Haar moeder gaat hen voor.
In de cottage staat een kleine, rijkversierde kerstboom in het midden van de kamer, met links daarvan een knusse zithoek en rechts daarvan een grote eettafel.
Charlottes huid begint te tintelen door de aangename warmte van het knapperende haardvuur, dat de kamer vult met een gele gloed. Het vertrouwde beeld van hun kerstsokken boven het vuur opent een deurtje in haar hoofd dat ze liever gesloten houdt, want het zijn er drie in plaats van vier. Ze zet een stap richting de boom en strijkt voorzichtig langs de geknutselde ornamenten en bekende kerstballen. In Londen mochten Olivia en zij elke december een nieuwe uitzoeken die in het teken stond van het afgelopen jaar – nog zo’n traditie die niet meer bestaat.
Haar moeder roert in het pannetje dat ruikt naar kerst. ‘Ik maak een compote voor bij de mince pies en daarna kunnen we een film kijken, net als vroeger.’
Charlotte wacht op de flarden van verbeten emoties, die verraden dat niets meer is zoals het was, maar de sprankeling in haar moeders ogen verjaagt het rusteloze gevoel. De aanblik van haar moeder die zachtjes neuriet op de kerstmuziek en haar zus die drie wijnglazen op het aanrecht zet, nestelt zich in haar hart. Het is het vanzelfsprekende samenzijn van drie mensen die elkaar door en door kennen en nog steeds moeiteloos weten hoe ze in elkaars aanwezigheid bewegen. Het is anders, maar voelt als thuis.
Een warm gevoel kriebelt in haar borst. ‘Dat lijkt me heerlijk, mam. Zullen wij de tafel dekken?’

Op eerste kerstdag wordt Charlotte wakker in het kleine eenpersoonsbed van het geluid van tegen elkaar slaande pannen en het gekletter van borden. Versuft loopt ze de houten trap af en vindt haar moeder en zus, een op elkaar ingespeeld duo, in de keuken.
‘Lekker geslapen, lieverd?’ Haar moeder kijkt op van een opengeslagen kookboek op het aanrecht.
Olivia reikt haar koffie aan in een grote rode mok met rendieren, die ze dankbaar aanneemt.
‘Ja, best wel. Wat zijn jullie aan het doen?’
‘We bereiden het kerstdiner voor, lieverd.’ Haar moeder staart naar het kookboek alsof ze een wiskundige formule oplost, van het soort waarmee je de wereld kunt redden van zijn ondergang. Toch lijkt ze in haar element in de kleine keuken, met haar pluizige blonde haar bijeengebonden in een warrige knot, in hetzelfde keukenschort als toen ze haar gisteravond welterusten wenste.
‘Om negen uur ’s ochtends?’
Olivia geeft haar een veelbetekenende blik en de oude rolverdeling voelt hersteld – de verstandige, oudere zus en haar flierefluitende, jongere zusje. ‘Mam is al weken bezig met het organiseren van dit etentje. Ze heeft ook een aantal vrienden uit de buurt uitgenodigd.’
‘O, dat wist ik niet.’ Charlotte neemt een grote slok van haar koffie en bidt dat de cafeïne in haar bloedbaan snel zijn werk gaat doen. Ze voelt de natte neus van de hond tegen het blote been onder haar ochtendjas drukken en bukt om hem een aai te geven.
‘Ga jij na het ontbijt even met Billy wandelen?’ De hond begint te kwispelen bij het horen van zijn naam. ‘Dan gaan mam en ik door in de keuken.’

Met een diepe zucht staart Charlotte naar golven die breken in de branding – het ruisen van de zee en het gekrijs van de meeuwen zijn zo’n andere melodie dan de stadse geluiden die ze gewend is. Ze klikt de riem los van Billy, die vrolijk blaffend over het zand stuift om de meeuwen op te jagen. De zon schijnt moedig door het donkere wolkendek en ze richt haar hoofd op om de eenzame zonnestralen op te vangen. Na een paar minuten voelt ze hoe haar schouders centimeters naar beneden gaan en de stress als paardenbloempluisjes van haar afdrijft.
‘Hey, jij daar!’ Een luide kreet galmt over het strand en ze schrikt op.
‘Is dit jouw hond?’ Een man komt met grote passen op haar afgebeend – zijn gezicht verwrongen in een boze frons, zijn donkerbruine ogen schieten vuur. Hij wijst naar Billy, die zich schuldbewust achter haar verscholen heeft.
‘Ja, van mijn moeder.’
Zijn volle lippen wijken iets uiteen om een afkeurende snuif te laten ontsnappen en gefrustreerd haalt hij zijn hand langs de volle stoppelbaard op zijn hoekige kaaklijn. ‘Zeg haar dat ze hem manieren moet leren. Hij viel me aan.’ Demonstratief gebaart hij naar de viervoeter, een weerbarstige lok van zijn donkere haar ontsnapt uit zijn bruine muts en valt over zijn voorhoofd. Hij zou knap kunnen zijn, maar niets is onaantrekkelijker dan chagrijnige mensen. Sterker nog, Charlotte is tegenwoordig mannen met Italiaans temperament gewend en gaat een uitdaging om dit soort types op de kast te jagen niet uit de weg.
Ze heft haar kin en klakt met haar tong. ‘We hebben het hier over een labrador, geen vleesetend monster. Hij is gewoon enthousiast, stel je niet zo aan.’
‘Nou, ik ben er niet van gediend.’ Demonstratief trekt hij zijn donkergroene parka recht en veegt over de zanderige hondenpootafdrukken op de voorkant. Daarna draait hij zich op zijn hakken om en gaat ervandoor, terwijl Charlotte hem hoofdschuddend nakijkt.
Blijkbaar heeft dit strand niet op iedereen zo’n rustgevende werking.

Levendig geklets aan de keukentafel overstemt Michael Bublé, die zingt over zijn droom over een “white Christmas”. Charlotte staat tegen het aanrecht geleund, terwijl Olivia de laatste hand legt aan de hassleback aardappels. De twee zussen naast elkaar in de keuken voelt net als vroeger, vooral wanneer hun moeders schaterlach de ruimte vult. 
‘Mam ziet er gelukkig uit.’ Charlotte grinnikt om Olivia’s vermanende blik als ze een kerstchocolaatje in haar mond stopt. ‘Waar kent ze al deze mensen van?’
‘De meeste families kent ze nog van haar jeugd, in dit kleine dorpje blijven de meesten hangen. Ze voelt zich weer helemaal thuis,’ zegt Olivia liefjes en ze verspreidt verse kruiden over de schaal. ‘Klaar!’
De zussen nemen plaats aan de tafel, die gezellig gedekt is met een rood tafellaken, gouden bestek en heerlijk geurende dennentakken, als de voordeur openzwaait.
‘Sorry dat we zo laat zijn.’ Een grijzende man met rode appelwangen en pretlichtjes in zijn ogen omhelst haar moeder hartelijk. ‘Dit is mijn zoon, Jake. Hij is op bezoek vanuit Manchester.’
Charlotte vangt een glimp op van een bekende, donkergroene jas die op de kapstok wordt gehangen. De donkerharige man draait zich om en knijpt zijn oogleden tot spleetjes.
‘Wat toevallig, mijn dochter Charlotte is ook op bezoek!’ kakelt haar moeder blozend. ‘En Olivia, maar die ken je al.’
‘De buurman,’ smiespelt haar zus, voordat ze zich tot het tweetal wendt. ‘Leuk je te ontmoeten, Jake. Ga jij anders naast Charlotte zitten, kunnen jullie kletsen over jullie drukke levens in de grote stad.’
Jake trekt de houten stoel met een schrapend geluid naar achteren en gaat zitten. ‘Hi, again.’ 
Charlotte perst haar rood gestifte lippen op elkaar. ‘Je hebt geluk, Billy ligt boven te slapen.’
‘Billy?’ Hij heeft dezelfde ernstige gezichtsuitdrukking als op het strand, blijkbaar is hij nog steeds niet in feeststemming.
‘De hond,’ knikt Charlotte.
Zijn frons verdiept. ‘Ik ben dol op honden, weet je.’
‘Werkelijk?’ Charlotte trekt haar wenkbrauwen op, haar cupidoboog beweegt mee. ‘Daar leek het anders niet op.’
Jake schudt zijn hoofd en hij reikt naar de schaal aardappels. ‘Ik heb een drukke periode achter de rug op werk en was in gedachten, hij overviel me.’
‘Wat doe je?’
‘Ik ben arts. En jij?’
De oprechte wedervraag verrast haar en ze gaat iets rechter zitten. ‘Styliste bij een reclamebureau.’
Zijn blik ontmoet de hare alsof hij haar voor het eerst goed bekijkt en zijn mondhoeken krullen voorzichtig omhoog. Er ontstaan ondeugende kuiltjes in zijn wangen, die de somberheid in zijn gezicht verdrijven. ‘Dat verbaast me niets.’
Charlotte voelt hoe haar wangen warm worden en de haartjes in haar nek gaan gretig overeind staan. ‘Hoezo?’
‘Je ziet er mooi uit.’ Hij gebaart naar de feestelijke jurk die ze aanheeft, waardoor ze een opvallende verschijning is tussen de collectie gebreide kersttruien en wollen vesten aan tafel. Ook haar make-up is met vertrouwde precisie aangebracht.
Zijn bewondering creëert een wipwap in haar binnenste die haar kriebels in haar buik geeft. ‘Dank je. Je ziet er zelf ook niet verkeerd uit.’
Jake trekt aan de kraag van het witte overhemd onder zijn donkerblauwe vest met V-hals. ‘Goedgekeurd door een echte styliste, wie had dat gedacht?’
‘Nou, je outfit heeft zeker verbeterpunten.’ Charlotte vangt zijn glimlach wanneer ze hem spottend aankijkt, de wipwap versnelt. ‘Ik had het over je lach.’
De scheve grijns verdiept een van zijn kuiltjes, waar ze sinds haar ontdekking een paar minuten geleden al geen afscheid meer van wil nemen. ‘Hm. Ik heb geen beste eerste indruk gemaakt, hè?’
Charlotte haalt haar schouders op met gespeelde nonchalance. ‘Er is nog tijd om het goed te maken.’
Zijn scherpzinnige, bruine ogen fonkelen. ‘Uitdaging geaccepteerd.’

‘Wil je nog wijn?’ Jake zwaait met de fles boven haar bijna lege glas.
Charlottes hoofd wipt bevestigend op en neer. ‘Meer wijn is altijd beter.’
‘Is dat wat ze je leren in Rome?’ vraagt hij geamuseerd.
‘Nee, hoor. Die wijze levensles heb ik daarvoor al opgedaan.’
De klaterende lach waar hij haar op trakteert kruipt onder haar huid en in haar bloed als een verslavend middel. Ze neemt een grote hap van haar moeders Christmas pudding en kijkt op naar haar telefoon die trilt. ‘O, wauw.’
‘Wat is er?’ Jake kijkt haar nieuwsgierig aan.
‘Mijn collega Ella heeft op kerstavond drie uur vastgezeten in de lift.’
‘Wat vervelend.’
‘Valt mee, ze was in goed gezelschap.’
‘Net als ik vanavond.’
Hun gesprek heeft de afgelopen uren een transformatie doorgemaakt van nors, naar geïnteresseerd, naar flirterig. Het maakt haar nieuwsgierig naar meer van hem. ‘Wat was de drukte op je werk?’
Rimpels ontstaan in zijn knappe voorhoofd en hij neemt haar secondenlang op. ‘Er is een reorganisatie in het ziekenhuis waar ik werk.’
‘Maak je je zorgen om je baan?’
‘Niet zo zeer mijn eigen baan, maar die van mijn team. De mensen om me heen waar ik dagelijks mee werk.’ Jake schudt zijn hoofd. ‘Waar ik om geef.’
Charlotte knippert om dit flintertje rauwe kwetsbaarheid vast te leggen, dat zo verschilt van haar eerste indruk van hem. Vanaf de andere kant van de ruimte voelt ze de belangstellende blik van haar moeder – mijn God, ze zit naar hem te staren – en met een roze blos op haar wangen springt ze op om af te ruimen.
‘Zal ik je even helpen?’ Jake is haar gevolgd naar de keuken en zet een stapel borden op het aanrecht, net op het moment dat Charlotte bukt en een stap achteruitzet om de vaatwasser te openen.
Verschrikt schiet ze overeind wanneer haar billen zijn bovenbenen raken en draait zich om. ‘Sorry.’
‘Nee, mijn fout.’ Zijn ogen houden haar gevangen, flitsen naar haar lippen en vertellen dat hij geen spijt heeft van deze fout.
De gedachte hoe het moet zijn om zijn volle mond te kussen schiet onophoudelijk als een flipperkastballetje door haar hoofd. Zijn gezicht is zo dichtbij dat ze zijn ademhaling in en uit zijn mond voelt bewegen. Ze vraagt zich af of ze geurkaarsen verkopen met zijn geur – kruidig en fris, naar dennennaalden en gekapt hout – dan zou ze die steeds opnieuw kopen.
‘Hulp nodig?’ Olivia’s gegiechel laat de betovering in een klap optrekken, Jake zet betrapt een stap naar achteren en Charlotte vraagt gelijktijdig met hoge stem: ‘Hoezo?’
Er klinkt gestommel op de trap en snel draait Charlotte zich om naar de hond, die lui kwispelend op hen af loopt. ‘Billy!’
Olivia zet haar triomfantelijke grote-zussen-gezicht op. ‘Laten Jake en jij hem even uit, Char? Volgens mij kunnen jullie wel wat frisse lucht gebruiken.’

De wind speelt met haar loshangende, blonde lokken. Charlotte trekt haar schouders op en steekt haar handen dieper in de zakken van de donsjas van haar zus. Billy rent voor hen uit over het strand, een idyllische afschildering tegen de door maanverlichte golven met daarboven een heldere sterrenhemel.
‘Billy, kijk uit voor chagrijnige mannen!’ roept ze hem na.
Jake lacht. ‘Ik denk dat het onmogelijk is chagrijnig te blijven in een straal van twee kilometer rondom jou.’
Haar onderbuik begint te gloeien. ‘Fijn om te horen, op dezelfde plek waar je me nog geen twaalf uur geleden het tegendeel bewees.’
Hij haakt voorzichtig zijn vingers in de hare en alle zenuwuiteinden in haar hand komen sissend en zinderend tot leven. ‘Toch niet, want ik heb de hele dag met een glimlach aan je gedacht. De manier waarop je me op mijn nummer zette. Wat ik eigenlijk had willen zeggen.’ Zijn pas vertraagt en hij gaat voor haar staan, zijn tanden schrapen over zijn volle onderlip. ‘Wat een verrassing dat je vanavond bij het kerstdiner was, waar ik eigenlijk met tegenzin heen ging. Als het perfecte kerstcadeau, de frisse wind, waarvan ik niet wist dat ik het nodig had.’
Een windvlaag benadrukt zijn zinspeling en Charlotte huivert. ‘Ik ben blij dat je gekomen bent,’ fluistert ze zacht.
‘Laat me het nu met je goedmaken.’ Zijn lippen komen dichterbij, ze heft haar hoofd naar hem op en hij geeft haar een klein kusje.
Knipperend opent ze haar ogen en ontmoet zijn blik in het zilverkleurige maanlicht, zoekend naar bevestiging, naar de gonzende opwinding die door haar aderen stroomt. Zijn stevige handen omvatten haar gezicht en ze zucht, terwijl het verlangen tussen hen tastbaar tot leven komt. Alle geluiden en gedachten drijven naar de achtergrond – het universum verkleint tot hij en zij, alsof ze met z’n tweeën gevangen zitten in een magische sneeuwbol met enkel het ruisen van de zee op de achtergrond. Zijn adem waaiert uit over haar gezicht en een rilling trekt langs haar ruggengraat wanneer hij zijn mond opnieuw op die van haar drukt, hongerig en warm in de koude zeelucht die om hen heen blaast. Haar handen glippen onder zijn parka en ze trekt hem tegen zich aan, zo dichtbij dat ze zijn hart voelt roffelen. Haar vingertoppen strelen zijn huid en geven hem kippenvel. Jake kreunt, verdiept de kus, absorbeert haar. De grens tussen waar hij stopt en zij begint vervaagt, hun lichamen zijn vastbesloten om te versmelten tot één. Oké, ze heeft zich bedacht… Deze kerst in Cornwall mag van haar voor altijd duren. 
Een opgetogen blaf vult de lucht en hun bewegingen bevriezen.
‘Billy!’ berispt Charlotte de labrador, die enthousiast tegen hen op springt.
Ze barsten in lachen uit.
‘Nou, ik ben hem dankbaar. Zonder hem hadden wij hier niet gestaan.’ Jake gaat door zijn knieën en krabbelt aan Billy’s oor. ‘Dus fijne kerst, maatje. Fijne kerst, lieve Charlotte.’
Opnieuw verdwijnt Charlotte in zijn armen, haar nieuwe favoriete plek op aarde, niet van plan die de komende dagen te verlaten.

Genoten van dit verhaal?

Lees dan het verhaal van Ella en Matteo in Kerst in de Lift.

Om het reclamebureau te redden moeten de gevoelige Ella en de arrogante Matteo samenwerken. Wint Ella met haar liefde voor kerst niet alleen de opdracht, maar ook zijn hart?