Kerstmagie in het Koffiecafé
Een Cappuccino Club kerstverhaal

Fleur denkt dit jaar weer alleen kerst te vieren, totdat ze het kerstdiner moet stylen in het bekende koffiecafé. Niet alleen haar werk is magisch, ook haar ontmoeting met eigenaar Bas. Gaat haar kerstwens in vervulling?
‘Stop met staren naar je telefoon.’
Fleur schrikt op en kijkt in de priemende blik van Bo. ‘Dat deed ik helemaal niet,’ mompelt ze zwakjes.
‘Hij gaat je echt niet appen. En jouw smekende ogen die minimaal tien keer per halfuur jullie chatgeschiedenis doorspitten, gaan daar niets aan veranderen.’
Een diepe zucht welt op vanuit Fleurs borst. ‘Ik begrijp het gewoon niet. We hadden zo’n leuke klik.’
‘Ik zou nog een betere klik hebben met een stoeptegel.’ Bo trakteert haar op een van haar kenmerkende oogrollen. ‘Hij klonk echt oersaai.’
‘Nee, hij is astronoom en deelt graag feiten over de sterren.’ En over zijn laatste ex, maar dat gedeelte laat Fleur weg. Op dit punt is zij niet meer zo kieskeurig, al weet ze dat Bo dat nooit gaat begrijpen.
Bo doet ondertussen alsof ze een gaap onderdrukt. ‘Gesproken als een echte pleaser.’
‘Jij hebt makkelijk praten,’ bijt Fleur haar toe.
Bo, eigenaresse van Bloemen van Bo, was tot voor kort de antichrist als het aankwam op liefde. De styling van een groot societyhuwelijk was een van de eerste grote opdrachten voor de bloemenzaak en zorgde ervoor dat Bo moest samenwerken met de ceremoniemeester Max. Max van Alewijn welteverstaan, broer van de bruidegom, onderdeel van een van de meest vooraanstaande families in Nederland en een guru op het gebied van cijfers en plannen. Hoewel zijn zakelijke instelling en Bo’s vrije, creatieve geest niet meer van elkaar konden verschillen, bloeide er iets moois op tussen die twee. Nu zijn ze zo’n stel dat je stiekem verafschuwt, omdat ze zo goed bij elkaar passen. De enorme publiciteit van de bruiloft had ervoor gezorgd dat Fleur was gepromoveerd van invalkracht tot fulltime medewerker. Ook was het humeur en de administratie van haar chaotische collega structureel verbeterd. Ondanks het positieve effect op haar leven, voelt Fleur de bekende jaloezie opdoemen. Want als zelfs Bo – die altijd had geroepen dat liefde voor idioten is en dating apps had uitgespeeld zoals de meeste mannen die met haar op date gaan – liefde kan vinden, waarom zit zij dit jaar alweer alleen aan het kerstdiner?
Bo haalt haar schouders op alsof ze haar gedachten kan horen. ‘Wees kieskeurig. Zoek iemand die je echt wil, die je laat trillen op je benen. Geen saaie astroloog…’
‘Astronoom.’
Bo rolt zo hard met haar ogen dat ze bijna een spier verrekt. ‘Whatever, je snapt wat ik bedoel.’
‘Nogmaals, jij hebt makkelijk praten.’ Fleur klakt ongedurig met haar tong. ‘Niet iedereen loopt zomaar tegen de partner van haar dromen aan.’ Met een klap legt ze de telefoon terug op de marmeren toonbank en begint haar middellange, donkerbruine haren in een staart te binden. Het is niet voor het eerst dat Bo haar erop wijst dat ze een hopeloze romanticus is, die elke man bombardeert tot potentiële ware en zichzelf daarin volledig verliest. Ze had gewoon nooit gedacht dat het zo moeilijk zou zijn voor een dertigjarige jonge vrouw met een – als ze dat van zichzelf mag zeggen – best prima uiterlijk en een – als ze haar vriendinnen moet geloven – lief en zorgzaam karakter om haar droomman te vinden.
Fleur werpt een blik opzij naar Bo, die een feestelijk boeket van rode bloemen in combinatie met dennentakken bijeenbindt met een juten touw. ‘Heb je zin in de feestdagen?’ vraagt ze om van onderwerp te veranderen.
‘Ik denk het. Voor het eerst in mijn leven vier ik kerst niet met mijn vader, dat is wel lastig.’
‘Ach, de villa in Ibiza van de familie Alewijn is geen slecht alternatief, toch?’
Bo lacht. ‘Nee, dat klopt. En de dure champagne en oesters compenseren vast ook dat ik de heerlijke stoofpot van zijn vriendin Marie mis.’ Ze werpt een bezorgde blik op Fleur. ‘Weet jij zeker dat het gaat lukken, alleen tijdens zo’n drukke periode?’
‘Natuurlijk.’ Fleur stoot Bo aan, terwijl ze samen het boeket in Bo’s handen bewonderen. ‘Ik heb het van de beste geleerd.’
Op zaterdagochtend, met vier dagen tot kerst en twee dagen tot Bo’s vertrek, steekt Fleur de sleutel in het slot van de klassieke houten deur van de bloemenwinkel. Met een ruk gaat hij piepend open en ze snuift een mix van geuren op – de warme vanillegeur van de vele geurkaarsen, verse dennennaalden en zoete bloemen. De spiegeltjes op de lampionnen in de grote erker vangen het ochtendlicht en verspreiden honderden kleine weerspiegelingen op het gewelfde plafond. Achterin de zaak prijkt een grote kerstboom, niet gevuld met ballen, maar zelfgemaakte ornamenten van droogbloemen. Hier werken is altijd leuk, maar tijdens de feestdagen vindt Fleur het nog leuker. Ze houdt van kerst – de versieringen, de opwinding en de gezelligheid – al sinds dat ze een klein meisje was. Deze magie overbrengen in de tot een kerstsprookje omgetoverde winkel maakt haar blij.
Bo is er nog niet, maar dat verbaast Fleur niets. Haar collega heeft een stipt gevoel voor te laat komen en het is zaterdag, wat betekent dat ze de vaste Cappuccino Club date heeft met haar vriendinnen Hanne en Pippa. Inmiddels vertrouwt Bo het haar toe om de winkel te openen en komt het haar vaak goed uit.
Tien minuten later stormt Bo binnen, gehuld in een lange, zwarte jurk met een hoop tule, veel kleurrijke kettingen en armbanden. ‘Hi!’ begroet ze Fleur en ze begint zich verhit te ontdoen van haar lila bontjas. Ze neemt niet eens meer de moeite zich te verontschuldigen voor haar late entree.
‘Goedemorgen!’ Fleur staat achter de toonbank en kijkt op van de grote, wijnrode amaryllissen, die ze voorziet van lange prikkers in de holle stengel, zodat ze niet omknikken in de vaas. ‘Alles goed?’
Bo gooit haar jas over de kapstok en stormt naar het koffieapparaat – inmiddels weet Fleur dat haar collega draait op twee dingen: cafeïne en chaos – haar blik schiet naar de toonbank en weer terug.
Het kleine, zenuwachtige gebaar trekt Fleurs aandacht. ‘Gaat het wel?’
‘Ik…’ Bo drinkt de espresso in een keer op en zet het kopje met een klap op de toonbank. ‘Ik kan niet mee naar Ibiza.’
‘Wat?’ Fleur kijkt haar geschokt aan. ‘Hoezo niet? Hebben Max en jij ruzie?’
‘God, nee.’ Bo bijt op haar lip. ‘Gelukkig niet.’ Ze zwijgt even en haar blik wordt glazig, waarschijnlijk in gedachten bij haar knappe vriend.
‘Wat is er dan?’ dringt Fleur aan.
‘Ik heb blijkbaar een opdracht aangenomen voor kerstavond,’ zegt Bo zachtjes.
Fleurs wenkbrauwen kruipen naar elkaar toe. ‘Een opdracht voor kerstavond?’
Bo blaast haar wangen bol en laat de lucht tussen haar lippen ontsnappen. ‘Bas, de eigenaar van het koffiecafé waar we op zaterdagochtend altijd cappuccino drinken, heeft het me een tijdje geleden gevraagd. Hij organiseert een diner voor familie, vrienden en vaste klanten ter ere van het tienjarig bestaan van Spikkels.’
Een zenuwachtige kriebel nestelt zich in Fleurs buik. ‘Wat houdt het precies in?’
‘Het decoreren van de zaak en het stylen van het diner. De kerstversiering die hij nu heeft ophangen is,’ Bo tikt met haar wijsvinger tegen haar lippen, ‘een beetje matig. Toen ik er iets van zei, vroeg hij of ik de styling van dat diner kon doen. Ik dacht eigenlijk dat hij een grapje maakte en ik was het helemaal vergeten, totdat hij me er net aan herinnerde.’
Fleur bijt op de nagel van haar duim. ‘Kan ik het niet doen?’
‘O, nee, geen sprake van!’ Bo schudt verwoed haar hoofd. ‘Ik vlieg gewoon later naar Ibiza, dat komt goed.’
‘Je had je er zo op verheugd…’ Fleur ziet vermoeidheid verscholen in de standaard vastberaden blik van Bo, die haar schouders ophaalt, en zet haar armen in haar zij. ‘Ik kan het heus wel.’
Bo heft geschrokken haar hoofd op. ‘Dat weet ik, dat is het niet.’
‘En je kan toch helpen met de voorbereidingen? Je vliegt pas overmorgen.’ Fleur ziet hoe Bo’s teleurstelling plaatsmaakt voor twijfel.
‘Ben je serieus?’
‘Natuurlijk.’ Fleurs stem klinkt zekerder dan ze zich voelt. ‘We zijn inmiddels wel grotere opdrachten gewend, toch?’
‘Dat klopt,’ bevestigt Bo aarzelend. ‘Maar we zijn altijd met z’n tweeën.’
‘Dit keer doe ik het alleen. Jij verdient deze vakantie.’
Er is niet meer overtuigingskracht nodig en samen buigen ze zich over de bestellijst. Een telefoontje naar Vera, hun contact bij de groothandel, vertelt hen dat ze de bestelling bloemen voor de komende dagen kunnen ophogen.
Bo grist haar verfomfaaide schetsboek van de toonbank, dat altijd door de winkel slingert en haar ordeloze administratie en creatieve hersenspinsels bevat. ‘Ik denk aan de ultieme kerstsfeer met een moderne twist. Spikkels is een hip koffiecafé dat we met weinig moeite charmant kunnen stylen. De kozijnen zijn turquoise en het meubilair is van licht hout, dus we houden het kleurenpalet neutraal.’ Bo buigt zich verder over het marmeren blad op de toonbank, het potlood gaat krassend over het papier wanneer ze begint te schetsen. ‘Beige tafellakens, servetten met grote gouden servetringen met een takje groen, gouden bestek, vaasjes van verschillende groottes met verse, witte bloemen, zoals amarylissen en gipskruid, aangevuld met dennentakken, eucalyptus en droogbloemen.’ Ze plooit haar lippen in een tevreden grijns. ‘En een grote, matching krans aan de deur.’
Fleur knikt instemmend. ‘En natuurlijk een maretak boven die deur.’
‘O, ja!’ Bo knikt enthousiast. ‘Voor alle verliefde stelletjes.’ De uitwerking die Max op haar heeft is opvallend, want dit soort ideeën zouden haar eerst doen gruwelen.
Fleur haalt haar schouders op en negeert de steek in haar borst. ‘Het hoort er gewoon bij.’
Ze kijken op bij het horen van het klingelende belletje bij de deur en glimlachen naar de twee vrouwen die binnenkomen – hun geklets stopt en ze kijken verwonderd rond. Trots bedenkt Fleur dat dit mede door haar creaties komt.
‘Zou jij hen willen helpen?’ vraagt Bo zachtjes, terwijl ze het notitieboek dichtklapt. ‘Ik loop even naar Spikkels om deze ideeën met Bas te overleggen. Hij vindt het vast prima, dan kunnen we meteen verder met de voorbereidingen.’
Fleur knikt. ‘Hou je nog tijd over om je koffer in te pakken?’
‘Laat dat maar aan Max over.’ Bo rolt met haar ogen. ‘Die man is zo georganiseerd, hij heeft nog net geen Excel-bestand gemaakt van onze inpaklijst.’ Ook al is haar toon is sarcastisch, de liefde klinkt door in haar stem.
Fleur grinnikt en geeft haar collega een speels duwtje. ‘Wat een geluksvogel ben je.’
‘Dat ben ik zeker.’ Bo kijkt bezorgd naar Fleur, maar die geeft een bemoedigend kneepje in haar hand.
‘Ga nou, des te sneller kunnen we aan de slag.’
‘Bas vindt onze styling plannen voor het kerstdiner in het koffiecafé prima,’ zegt Bo licht hijgend als ze de bloemenzaak weer binnenstapt. ‘Op één voorwaarde.’
Fleur kijkt haar nieuwsgierig aan. ‘En dat is?’
‘Dat één van ons erbij is om te helpen met de styling van het diner.’ Bo trekt een grimas. ‘Max en ik waren uitgenodigd, natuurlijk ben ik vergeten ons af te melden.’
‘Ik heb geen plannen voor kerstavond.’ Tenminste, als je het kijken van All you need is love in haar flanellen kerstpyjama vergezeld door een halve kerststol en omringd met chocolade kerstkransjes, niet meerekent.
‘Weet je het zeker? Ik kan die vlucht naar Ibiza nog steeds omzetten.’
‘Nee, ben je gek.’ Fleur maakt een wegwerpgebaar. ‘Bovendien, er kan toch niet zo veel fout gaan?’
‘Lijkt mij ook niet, maar Bas is zo zenuwachtig. Het diner betekent veel voor hem en ik heb het idee dat hij extra mental support kan gebruiken.’
‘Zo lang ik hem niet hoef te helpen in de keuken.’ Fleur gruwelt bij het idee dat ze moet koken voor zo’n grote groep mensen, aangezien haar kookkunsten niet verder reiken dan pasta pesto. Met een pesto uit een potje.|
Bo maakt een snuivend geluid. ‘Nee joh, Joris helpt hem.’
‘Joris, de vriend van Pippa? Beroemde chef-kok Joris?’
‘Hm-hm,’ knikt Bo. ‘We drinken al vijf jaar op zaterdagochtend onze cappuccino in zijn café en nu besluit Bas zijn hele bingokaart aan gunsten in één keer in te zetten.’
Fleur grinnikt.
Het ronkende geluid van een bestelbus doet hen opkijken door het grote erkerraam en Bo zwaait. ‘Daar zul je Vera hebben met onze levering.’
Het belletje klingelt wanneer Vera de grote rolkar met emmers vol bloemen de winkel binnenrijdt. ‘Hi, dames. Speciale levering voor jullie, op het nippertje. Dit zijn echt de laatste bossen die ik nog kon krijgen voor kerst.’
Bo legt plechtig haar hand op haar hart. ‘We zijn je heel dankbaar.’
‘Ja, ja, dat zal wel.’ Vera schudt de regen van de mouwen van haar jas en begint de emmers van de kar te laden. ‘Jij zit over minder dan zesendertig uur heerlijk op Ibiza. Hoe warm is het daar nu?’
‘Achttien graden en zon.’ Hoewel de regen inmiddels met bakken uit de hemel valt, zegt Bo het zonder een greintje medelijden. Het is vier uur ’s middags, maar zo donker dat het ook negen uur ’s avonds zou kunnen zijn.
‘Pf,’ antwoordt Fleur. ‘Zo oneerlijk.’
‘Je hebt er zelf op aangedrongen dat ik moet gaan,’ roept Bo verongelijkt uit.
Vera slaat een arm om Bo heen. ‘Lekker van genieten, hoor. Je hebt het verdiend na het eerste, zware jaar met de bloemenzaak. Nu het lekker loopt en je Fleur hebt, kun jij tenminste ook eens vrij nemen.’
Fleur lacht stralend naar de andere vrouwen, maar voelt hoe haar maag opnieuw een buiteling maakt.
Met haar billen geeft ze een ferme tik tegen de deur van de bestelbus, die met zo’n harde klap dichtvalt dat Fleur er iets van ineenkrimpt. Een diepe teug lucht inademend opent ze het portier, kruipt achter het stuur en zet de laatste emmer met losse bloemen naast zich voor de passagiersstoel. Een wijze les die Bo en zij geleerd hebben: altijd genoeg reserves meenemen. Het is een paar minuutjes rijden naar Spikkels, maar ze doet er twee keer zo lang over omdat ze bijna geen gas durft te geven, bang dat de kostbare vracht achterin gaat verschuiven.
Bo heeft gisteren tot vlak voor haar vertrek meegeholpen – Max heeft haar letterlijk op weg naar het vliegveld uit de bloemenzaak geplukt. Fleur is tot laat bezig geweest met de grote bloemenkrans en het schikken van alle kleine bosjes die nu achterin staan.
Het is stil in de bestelbus, ze heeft de radio uitgezet om beter te kunnen nadenken en ze mist zelfs de scheldkanonnades van Bo op de andere verkeersdeelnemers in de binnenstad. Een verwachtingsvolle kriebel vestigt zich in haar onderbuik bij het zien van de herkenbare turquoise deur van de koffiezaak. Ze is er een paar keer eerder geweest – het is immers Bo’s favoriet en zij kan niet functioneren als de vloeistof in haar lichaam niet voor tenminste vijftig procent uit cafeïne bestaat.
Ze parkeert de bus en werpt een snelle blik in de achteruitkijkspiegel. Haar donkerbruine ogen kijken wantrouwig terug en ze heeft roze blossen op haar wangen. Snel vist ze een takje droogbloem uit het sluike donkerbruine haar dat slap om haar gezicht valt, rangschikt de hals van haar rode omslagjurk en voelt of haar telefoon nog in de zak zit. Ze ademt nog een keer diep in en opent het portier.
De deur van het koffiecafé zwaait open en een man in een keukenschort beent op haar af, de wind waait door zijn korte blonde haar en hij houdt recht voor haar stil.‘Fleur?’
Zijn warme, diepe stem trilt een beetje en hij veegt zijn handen af aan het schort, waardoor er donkerbruine vegen achterblijven op de lichte stof. Wanneer ze knikt, steekt hij een hand naar haar uit.
‘Fijn dat je er bent.’
Zijn handdruk is stevig en laat de haartjes op haar arm kriebelend rechtop staan. Ze merkt pas dat ze haar adem heeft gehouden, als ze die met een zucht laat ontsnappen. ‘Hoi Bas.’
‘Mooi.’
Verward kijkt ze op en ziet dat zijn blik gericht is op de bloemen in de laadruimte. Natuurlijk. Ze forceert haar mondhoeken in een flauwe glimlach terwijl de tinteling in haar onderbuik in intensiteit toeneemt. ‘Dank je.’
Hun ogen ontmoeten elkaar opnieuw en er verschijnen kleine rimpeltjes naast zijn ogen, die zelfs in het weinige licht op deze donkere middag in december felblauw zijn. Om zijn irissen zit een donker randje. Haar wangen worden warm bij de gedachte dat ze hem de vorige keren niet goed heeft bekeken, want hij is knap. Heel knap.
Bas verbreekt hun oogcontact en reikt voorover om een van de kratten uit de bus te tillen. In die beweging ruikt ze zijn geur, zoet als gebak vermengd met het frisse van zeep en linnen.
‘Zullen we?’ Met zijn kin wijst hij naar de deur. In zijn armen herschikt hij de zware krat en de zwarte trui spant om zijn biceps, al verraadt verder niets dat het hem moeite kost die te dragen.
Snel pakt Fleur ook een krat en hobbelt achter hem aan naar de deur die hij voor haar openhoudt. De zachte melodie van ‘Driving home for Christmas’ vermengt met het geluid van een lepel waarmee in een pan wordt geroerd komt haar tegemoet. Achter in de zaak, naast een troosteloos klein kerstboompje, piept Joris’ hoofd om de hoek. ‘Ha Fleur!’
‘Hoi Joris,’ begroet ze de vriend van Bo’s beste vriendin, die ze kent van zijn bezoekjes aan de bloemenwinkel.
Zijn ogen glanzen ondeugend. ‘Hebben ze jou ook gestrikt om te helpen?’
Fleur perst haar lippen op elkaar. ‘Jep. En Bo zit nu lekker aan de champagne in Ibiza.’ Ze denkt terug aan het appje van een paar uur geleden, waarin Bo haar veel succes wenste, inclusief een jaloersmakende foto op het strand.
‘Schandalig!’ Joris pakt Bas beet – die net langs hem loopt met een doos vol styling items – en klopt hem broederlijk op zijn schouder. ‘Al is Bas hier heel erg blij met de hulp.’
‘Ja,’ antwoordt Bas stellig, ‘dat ben ik zeker.’
Even denkt Fleur onzekerheid op te merken in zijn houding, maar die is weer verdwenen als hij zegt: ‘Zullen we verder gaan? Er is nog veel te doen en de gasten komen over een paar uur.’
‘Hij heeft gelijk, de plicht roept!’ Joris draait zich op zijn hakken om en loopt fluitend terug naar wat ze vermoedt dat de keuken is.
Fleur neemt de huidige situatie in zich op. Ze snapt wel wat Bo bedoelde toen ze zei dat de huidige decoratie een beetje zielig is. De koffiebar heeft blauwgroene kozijnen met grote ramen en is gezellig ingericht, met licht houten meubels en grote kamerplanten. Het is niet dat Bas niet zijn best heeft gedaan – er staat immers een boom en er klinkt kerstmuziek – toch is de echte kerstsfeer ver te zoeken.
‘Er staat alleen nog een krans achter in de bus.’ Bas zet de laatste krat op een van de houten tafeltjes en schuift geroutineerd een van de stoelen aan. ‘Red jij het verder?’
‘Ja hoor, dank je wel.’ Neuriënd begint Fleur uit te pakken. Het is tijd voor wat magie.
Het is donker buiten als Bas weer naast haar opduikt en haar verbaasd aankijkt. Hij spreidt zijn handen, waardoor de dampende mok in zijn handen gevaarlijk begint te wiebelen. ‘Dit ziet er goed uit.’
Fleur doet dit werk al een tijdje, maar ze kan nog steeds genieten van dit soort reacties. Ze probeert het café te bekijken door de ogen van Bas. De lange tafels met beige tafellinnen, de vaasjes verspreid over de lengte met weelderige boeketten, de bosjes maretak aan de lampen boven de tafel en boven de deur. De verschillende tinten van het groen en de witte bloemen hullen het café in een romantische deken. Een warme mannenstem zingt over “the most wonderful time of the year”, alsof hij dit alles wil onderstrepen.
Bas reikt haar de mok aan. ‘Wil je de soep voorproeven?’
Dankbaar neemt ze hem aan en snuift de geur van pompoen, kokos en knoflook op. Meteen begint haar maag gevaarlijk hard te juichen. Voorzichtig om haar mond niet te branden neemt ze een slok. ‘Lekker.’
Bas’ ogen schieten naar haar mond, voordat hij omdraait en een duim opsteekt richting de keuken, waar Joris’ grijnzende hoofd in de deuropening verschijnt en weer verdwijnt.
De lucht tussen hen voelt dun als ze van de mok naar Bas kijkt en hij jongensachtig naar haar lacht. Hij staat tegen een tafeltje aan geleund, zijn handen rusten op het tafelblad. Ze ziet dat hij de zwarte sweater heeft verruild voor een getailleerd wit overhemd wat strak om zijn gespannen schouders spant. Weer vraagt ze zich af waarom ze hem nooit beter heeft bekeken. Ze kucht. ‘Hoe laat komen de gasten?’
Bas’ blik schiet naar zijn horloge. ‘Over een uurtje.’
‘Heb je er zin in?’
Een frons verschijnt op zijn voorhoofd en hij aarzelt. ‘Ja.’
Ze moet zich bedwingen om niet in zijn hand te knijpen door het duidelijke ongemak dat er over zijn gezicht trekt. ‘En je vindt het spannend?’
‘Ook,’ zegt hij zacht. ‘Niet om hier te zijn, dit te doen, maar wat mensen ervan gaan vinden.’
Fleur knikt. Het uitvoeren van een creatief beroep – of het nu koken, bakken of bloemschikken is – voelt alsof je je hart op een presenteerblaadje opdient. ‘Ze vinden het vast geweldig.’
Hij haalt zijn hand langs de stoppeltjes op zijn hoekige kaaklijn. ‘Hopelijk vindt Sebastiaan dat ook.’
‘Sebastiaan?’ vraagt ze nieuwsgierig. ‘Wie is dat?’
‘Dat is mijn investeerder. Ik heb uitbreidingsplannen voor Spikkels en dat kan niet zonder zijn hulp. Het doel van dit diner is om hem te overtuigen.’
‘Wauw.’ Fleur kijkt naar de mok in haar hand, er loopt een oranje druppel langs de buitenkant naar beneden. Snel veegt ze hem weg, voordat hij een vlek achterlaat op haar feestelijke rode jurk. Wanneer ze haar vinger naar haar mond brengt, ziet ze dat Bas haar handelingen volgt. Zijn pupillen zijn groot en het blauw van zijn irissen nog feller.
‘Ik wil naast de koffiebar een restaurant beginnen,’ zegt hij, zonder zijn blik van haar los te maken. ‘Joris helpt me daarbij, ik hoop dat hij mede-eigenaar en chef-kok wil worden. Deze avond is eigenlijk een testcase. Ik vind het heel spannend.’
De kwetsbaarheid die tastbaar aan het oppervlak verschijnt, is iets dat Fleur niet eerder heeft gezien bij een man. ‘Wauw,’ zegt ze opnieuw en ze bijt op haar onderlip omdat ze geen betere reactie kan bedenken.
Bas’ blik schiet weer naar haar mond en hij ademt hoorbaar in. Met zijn oogleden iets dichtgeknepen, waardoor er kleine rimpeltjes ontstaan op zijn knappe gezicht, schudt hij zijn hoofd. ‘Ik weet ook niet waarom ik je dit allemaal vertel.’
‘Dat is…’
Ze horen een harde klik, gevolgd door het flikkeren van de lampen. Het wordt aardedonker.
Naast haar schiet Bas overeind. ‘Wat is dit nou?’
‘Bas!’ schalt Joris’ stem uit de keuken. ‘Volgens mij is de stroom uitgevallen.’
‘Shit! Ben jij oké, Fleur?’
Ze beweegt haar hoofd bevestigend op en neer, maar bedenkt dat hij dit natuurlijk niet kan zien. ‘Ja,’ klinkt haar hese stem.
Bas opent de zaklamp op zijn telefoon en schijnt in haar richting. ‘Loop je mee naar de keuken?’ Zijn vingers vinden die van haar.
Ze weet niet of het komt door de duisternis, zijn nabijheid of de manier waarop hij naar haar had gekeken voordat het licht uitviel, want de aanraking ontketent een vloedgolf aan stroomstootjes in haar lijf. Haar mond voelt droog en ze schraapt haar keel om het vertrouwen in haar stem te hervinden. ‘Goed.’
Samen schuifelen Fleur en Bas naar de achterkant van het donkere koffiecafé. Net voor de deuropening van de keuken laat Bas haar hand los, haar vingers voelen meteen koud aan.
In de kleine keuken treffen ze een verhitte Joris aan die verwoed met de zaklamp van zijn telefoon boven het fornuis hangt. ‘Ik zette de oven aan en toen knalde opeens alles eruit.’
Bas haalt verslagen zijn hand door zijn korte blonde haar. ‘Ik denk dat het stroomnet in dit oude pand het niet aan kan. Dit is niet de eerste keer, dus ik kan kijken of ik de generator aan de praat krijg. Ik weet alleen niet of die krachtig genoeg is voor alle groepen.’ Hij laat zijn hoofd hangen. ‘Dat dit uitgerekend vanavond moet gebeuren, tijdens het kerstdiner ter ere van ons tienjarig jubileum.’ Zijn schouders zakken naar voren, alsof ze bezwijken onder het denkbeeldige gewicht dat hij erop voelt.
‘Oké, ik heb een idee.’ Fleurs stem weerkaatst verrassend dapper tegen de groene tegelwanden van de keuken. ‘Regelen jullie het hier, ik ben in het café.’
Voorzichtig vindt ze de weg terug naar de bestelbus, waar ze begint te rommelen in een van de kratten. ‘Hebbes!’ Triomfantelijk vist ze er lichtsnoeren op batterijen uit, weliswaar totaal in de knoop – wat altijd gebeurt met die dingen, hoe goed je ze ook opbergt. Binnen begint ze die over de tafels te draperen. Ze is net klaar met het aansteken van alle kaarsen die ze bij zich heeft, wanneer ze voetstappen hoort naderen.
‘Fleur? Ik heb goed nieuws en ik heb…’ Bas stopt met praten en komt vlak naast haar staan. Ze ziet hoe hij in het zachte licht ademloos om zich heen kijkt. ‘Hoe heb je…?’
Fleur haalt haar schouders op. ‘Een van de eerste, grote opdrachten van Bloemen van Bo is bijna misgegaan toen Bo geen reserve-items had meegenomen. Sindsdien staat er altijd een kratje in de bus, just in case.’ De schittering in zijn blik geeft haar een verrassende tinteling langs haar ruggengraat, als een ritssluiting die dichtgaat. ‘Dus, wat is jouw nieuws?’
Bas schudt zijn hoofd. ‘Het goede nieuws is dat de keuken weer functioneert en Joris staat te koken, volgens planning. Het slechte nieuws wás dat de generator de stroomgroep van dit voorste gedeelte er niet bij kan draaien, maar…’ Zijn stem sterft weg en hij tuurt opnieuw om zich heen, de magische sfeer in de ruimte inhalerend. Het flakkeren van de kaarsen werpt schaduwen van de bloemstukken op de muren. De warmte van zijn huid straalt door de stof van haar jurk. Zonder de kerstmuziek is het stil in de ruimte en het voelt intiem wanneer hij zacht zegt: ‘Maar dit is perfect. Dank je wel, Fleur.’
Het is alsof er een plotseling magnetisch veld tussen hen ontstaat. De manier waarop hij haar naam uitspreekt geeft haar kippenvel op haar armen en laat al haar zenuwuiteinden tintelen. Ze draait haar hoofd naar hem toe en zijn ogen boren zich vast in de hare, tot het klingelende belletje bij de deur hen verschrikt laat opveren.
‘De eerste gasten zijn er.’ Zijn toon is geamuseerd en bijna onmerkbaar strijken zijn vingers even langs die van haar, voordat hij naar de deur loopt.
‘Fleur!’
Ze kijkt op in het vriendelijke gezicht van Hanne, die haar een stevige knuffel geeft. ‘Dit is geweldig,’ zegt ze terwijl ze bewonderend de ruimte rond kijkt. ‘Wat een goed idee om alleen kerstlampjes en kaarsen te gebruiken, zo gezellig!’
Pippa, die naast Hanne zit, plukt een framboos van het bord dat Joris voor haar neerzet en stopt die in haar mond. ‘Jullie lijken een goed team.’
‘Bedankt,’ zegt Fleur verlegen. Feit is dat dit de leukste kerstavond is die ze in tijden heeft gehad – ze geniet van de feestelijke sfeer, de gesprekken, de uitgelaten reacties over het eten en de styling, het samenwerken met Bas. Ze heeft de plek naast hem ingenomen, alsof ze hier al jaren gastvrouw is.
Hanne houdt haar telefoon omhoog. ‘Ik heb Bo een paar foto’s gestuurd en ze vindt het net zo geweldig.’ Er verschijnt een denkrimpel op haar neus. ‘Al krijg ik nu een foto van een lege champagnefles in het zand, maar dat heeft er vast niets mee te maken.’
Fleur schiet in de lach. ‘Fijn dat ze zich in elk geval geen zorgen maakt.’ Ze kijkt op van het scherm en ziet dat Bas in gesprek is met een oudere man – waarschijnlijk zijn investeerder – die hem een gemoedelijk schouderklopje geeft en enthousiast knikt naar Joris. Bas kijkt haar aan en ze herkent dezelfde ontlading. De zwerm vlinders in haar onderbuik fladdert opnieuw alle kanten op en met moeite richt ze zich op het toetje, een heerlijke pavlova met vers fruit en gedecoreerd met eetbare bloemen.
‘Die vriend van mij kan koken, hè,’ hoort ze Pippa roepen.
‘Super goed gedaan!’
Joris neemt de high fives van Hanne en Pippa in ontvangst, de laatste vliegt hem om zijn nek. ‘Het was heerlijk, ik ben trots op je.’
Ook Alex, de vriend van Hanne, geeft Joris een klap op zijn rug. ‘Lekker gekookt, maatje.’
‘Laten we het werk van Bas en Fleur niet vergeten,’ antwoordt Joris.
Het gezelschap knikt instemmend, terwijl Bas de glazen champagne uitdeelt. ‘Het was niet gelukt zonder jullie hulp.’ Ze proosten en het lijkt alsof zijn glas net iets langer tegen dat van Fleur tikt. ‘Sebastiaan was enthousiast, dus ik denk dat we groen licht krijgen voor onze plannen om naast het koffiecafé een restaurant te openen.’
Pippa steekt verrukt haar vuist in de lucht. ‘Wat een goed nieuws!’
Hanne’s aandacht wordt opeens naar haar telefoon gezogen. ‘O, ik heb een appje van mijn moeder. Fedde is ontroostbaar.’ Met de standvastige blik van een vrouw die teruggaat in haar mama-modus, kijkt ze de groep rond. ‘Wij moeten gaan.’
‘Ja, wij lopen mee,’ zegt Joris, hij pakt Pippa’s hand en knipoogt naar Bas. ‘De keuken is opgeruimd.’
Het viertal neemt afscheid en verdwijnt in de koude winternacht. Als de deur dichtslaat en Bas en zij alleen achterblijven, trekt er een rilling door Fleurs lijf. In de stilte na de drukte van het diner is zijn aanwezigheid overweldigend. Ze focust zich op de omhoog reikende bubbels in haar champagneglas en voelt hoe Bas naast haar komt staan. Zijn vingertoppen strijken langs haar arm en pakken het glas uit haar hand, haar adem stokt als de haartjes in haar nek gretig overeind gaan staan.
‘Fleur, ik weet niet hoe ik je kan bedanken voor vanavond. Zonder jou…’ Zijn stem sterft weg.
Ze heeft geen idee wie van hen een stap dichterbij heeft gezet, want opeens staan ze dicht tegen elkaar aan. Terwijl ze probeert de ondeugende gedachten aan mogelijke bedankjes te stoppen, is haar stem dik van verlangen. ‘Het was niets.’
‘Het was alles,’ zegt hij snel. De lichtblauwe spikkels in zijn irissen lichten op en kleine rimpeltjes in zijn mondhoeken maken een scheve en zelfverzekerde lach. Zou hij haar gedachten kunnen lezen?
De bal in haar onderbuik trekt tintelend samen als ze zijn lippen dichterbij ziet komen. Ze sluit haar ogen en probeert haar mond te ontspannen, maar haar mondhoeken schieten bijna automatisch omhoog. Zou ze eindelijk de romantische kerst krijgen waar ze van droomt? Zijn warme ademhaling strijkt langs haar lippen en…
Een trilling ter hoogte van haar bovenbeen laat hen beide verstijven. Tril, tril, en nog een tril.
Bas grinnikt. ‘Iemand heeft je hard nodig.’
Ze gromt geërgerd en wil het getril negeren, maar haar nieuwsgierigheid wint en ze pakt haar telefoon. ‘Het is Bo.’ Uiteraard, want ze kent niemand met zo’n slecht gevoel voor timing. Fleur opent het chatgesprek en er begint een afbeelding te laden. ‘Dat meen je niet!’
‘Wat is er?’ vraagt Bas gealarmeerd.
Fleur kijkt hem stralend aan en laat hem meelezen.
‘Ik hoop dat je klaar bent voor je volgende styling opdracht!
Max heeft me ten huwelijk gevraagd.
Natuurlijk heb ik JA gezegd.’
Op de foto ziet ze twee verstrengelde handen met om een van Bo’s vingers een knoepert van een ring.
‘Wat leuk voor ze!’ Bas’ hand ligt nog steeds op haar heup.
Fleur stopt haar telefoon weer weg en pakt met twee handen zijn middel, terwijl ze hem langzaam vooruit begint te trekken. Misschien is dit het romantische nieuws of de champagne – of de combinatie van de twee – zij gaat dit doen. Zij gaat voor wat ze echt wil.
Zijn wenkbrauwen kruipen naar elkaar toe in een frons, maar hij loopt mee. ‘Wat doe je?’
‘Daar kom je vanzelf achter.’ Ze giechelt.
‘Oké…’ Hij rekt het woord extra lang uit.
Fleur kijkt naar het plafond terwijl ze Bas heen en weer positioneert. ‘Zo is het goed.’
Hij volgt haar blik en slikt, ze ziet zijn adamsappel bewegen. ‘Waarom?’
‘Omdat dat een maretak is.’
Hij kijkt haar niet begrijpend aan. ‘Een mare-wat?’
Haar keel wordt dichtgeknepen door een nieuwe lachkriebel, aangespoord door de zenuwen. Ze pakt zijn hand. ‘Kus me nou.’
Zijn ogen beginnen te fonkelen in de gele gloed van de met kaarslicht gevulde ruimte. ‘Zeg dat dan meteen!’ Dit keer overbrugt hij de ruimte razendsnel.
Hun lippen versmelten en de warmte die vrij komt, verspreidt zich als vuurpijlen door haar lichaam. Zijn mond is vol en zacht, zijn vingers gaan strelend van haar kaaklijn naar haar hals en laten een spoor van kippenvel achter. Even is ze bang dat haar benen het begeven door alle sensaties.
Bas lijkt het aan te voelen, want hij slaat een arm om haar onderrug en trekt haar nog steviger tegen zich aan. Ze siddert wanneer zijn stoppelbaard langs haar kin schuurt. Haar lippen wijken van elkaar en ze voelt hoe het puntje van zijn tong op onderzoek uit gaat – eerst voorzichtig, daarna ongeremd. De kus is aandachtig, gulzig en de beste die ze ooit heeft gehad. Een gelukzalige zucht ontsnapt aan haar keel, waardoor Bas zich licht hijgend van haar losmaakt.
De twinkelende glimlach vult zijn hele gezicht. ‘Was dit waar je naar op zoek was?’
‘Precies waar ik naar op zoek was.’ Weer voelt ze hoe haar mondhoeken als vanzelf omhoog gaan en ze kust hem opnieuw, klaar voor ronde twee.

Genoten van dit verhaal?
Lees dan Als liefde bloeit of één van de andere delen van de Cappuccino Club.
